Incidenten met grote gevolgen voor de patiënt zijn gelukkig zeldzaam. Maar dat neemt niet weg dat er ook in een ziekenhuis al eens iets fout kan lopen: van onschuldige zaken als een gebroken bril of een blauwe plek tot doorligwonden. ‘Uiteraard proberen we dat zoveel mogelijk te voorkomen’, zegt Danny Van heusden van de dienst patiëntenzorg. ‘Maar ook de patiënt kan daarbij helpen. Hij is een volwaardige partner in het zorgproces. Verantwoordelijkheid nemen voor jezelf en communicatie zijn daarbij cruciaal. Als een patiënt iets niet begrijpt of bijvoorbeeld twijfels heeft bij de medicatie die hij krijgt, moet hij dat gewoon durven vragen.’
Eind 2007 vond de week voor patiëntveiligheid plaats, een initiatief van de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid. Het UZA bracht toen de ingesteldheid van de medewerkers rond patiëntveiligheid in het ziekenhuis in kaart. Zo’n 90% vond dat het ziekenhuis op dat vlak een goede koers vaart. Op dit moment worden de gerapporteerde incidenten geanalyseerd, om er lessen uit te trekken.
Liever geen ziekenhuisinfectie
Een belangrijk aspect van patiëntveiligheid is het voorkomen van ziekenhuisinfecties. Het UZA promoot al jaren een goede handhygiëne bij artsen en verpleegkundigen. Maar ook de patiënt kan zijn steentje bijdragen. Sinds kort verspreidt het ziekenhuis een folder voor patiënten waarin het belang van een zorgvuldige handhygiëne wordt uitgelegd. ‘Zonder mensen met smetvrees te willen opzadelen, willen we er toch op wijzen dat ook de patiënten bacteriën op zichzelf of anderen kunnen overdragen’, legt ziekenhuishygiëniste dr. Hilde Jansens uit. ‘Als iemand na een toiletbezoek zijn handen niet wast en vervolgens aan een verband of infuus gaat prutsen, kan dat heel nare gevolgen hebben. Patiënten kunnen ook infecties oppikken van een kamergenoot.’
Bacteriën worden vooral overgebracht via de handen. De basisregels blijven daarom: handen wassen na elk toiletbezoek en voor het eten. Patiënten in isolatie moeten extra voorzichtig zijn. Zij ontsmetten het best hun handen bij het verlaten van hun kamer. Begin 2009 plant de dienst ziekenhuishygiëne opnieuw een campagne rond handhygiëne bij de gezondheidswerkers. Speciale aandacht gaat deze keer naar de juiste methode om handen te ontsmetten en het correcte gebruik van handschoenen.
Wat kunt u zelf doen: 10 tips
- Communiceer duidelijk over uw aandoening en medische achtergrond. Hebt u een bepaalde allergie of bijkomende ziekte, bijvoorbeeld diabetes, meld dat dan altijd aan de behandelende arts. Ook incidenten uit het verleden kunnen relevant zijn, bijvoorbeeld een slechte ervaring met een algemene verdoving. Geef liever te veel dan te weinig informatie.
- Vergewis uzelf ervan welke medicatie u thuis neemt. Schrijf het eventueel vooraf op en vergeet niet de dosis te noteren. Stel u kritisch op tegenover de medicatie die u krijgt. Vraag bij twijfel of het wel de juiste is.
- Begrijpt u de arts of verpleegkundige niet, aarzel dan niet om meer uitleg te vragen.
- Bespreek vlak voor een operatie nog even welke ingreep u zult ondergaan.
- Draag altijd uw identificatie-armbandje.
- Volg instructies en adviezen, bijvoorbeeld verband met bedrust, goed op.
- Draag schoeisel met antislipzolen en kijk uit met loshangende ceintuurs van kamerjassen.
- Was uw handen na elk toiletbezoek en voor het eten.
- Gebruik aan een wastafel in openbare ruimtes een papieren handdoekje om de kraan toe te draaien.
- Maak uw handen na het wassen zo droog mogelijk. Bacteriën gedijen beter in vochtige zones. Gebruik in de sanitaire ruimte van meerpersoonskamers altijd uw eigen handdoek.