‘Dit had ik nooit durven dromen’, vertelt de 22-jarige Stefanie. ‘Na mijn levertransplantatie was ik bang dat ik geen kinderen zou kunnen krijgen, maar die schrik bleek onterecht. Ik werd vlot zwanger en Lieselotte is perfect gezond. Tien vingers, tien tenen, en vooral: goede leverwaarden.’
Acuut leverfalen
In 2009 viel Stefanies lever plots stil. ‘Toen mijn gezicht geel begon te zien, zijn we naar het UZA getrokken’, vertelt Stefanie. ‘Alles ging snel: op zaterdag kwam ik binnen en werd ik overgebracht naar de dienst intensieve zorg. Dinsdag kreeg ik een biopsie, woensdag bleek dat ik een nieuwe lever nodig had, en in de nacht van donderdag op vrijdag vond de transplantatie plaats. Mijn lever was er zo erg aan toe dat ik een volledige lever nodig had. Een stuk had niet volstaan. Sinds de transplantatie heb ik geen klachten meer.’
De oorzaak van het acute leverfalen is onbekend. Volgens leverspecialist prof. dr. Peter Michielsen, adjunct-diensthoofd gastro-enterologie en hepatologie, is die aandoening eerder zeldzaam. ‘Zeker bij jonge vrouwen komt het niet vaak voor’, zegt Michielsen. ‘Stefanie kreeg een high urgency-behandeling: zodra een geschikte donorlever gevonden wordt, van de juiste bloedgroep, wordt die aan de patiënt toegewezen. Zo kan de patiënt een nieuwe lever krijgen in 24 à 48 uren. Stefanie kan de rest van haar leven verder met haar nieuwe lever.’
Gedetailleerde echo
‘In 2012 werd ik zwanger,’ zegt Stefanie. ‘De baby was niet helemaal gepland, maar wel erg welkom. De hele zwangerschap lang heb ik me zorgen gemaakt over mogelijke leverproblemen van de baby. De dokters vermoeden dat de aandoening niet erfelijk was, aangezien ik voordien niet in behandeling was geweest voor mijn lever. Meteen na de geboorte hebben ze de leverwaarden van mijn dochter getest, en het was een hele opluchting toen alles in orde bleek.’
Stefanie werd tijdens haar zwangerschap iets nauwer opgevolgd dan een doorsnee vrouw. Gynaecologe dr. Inge Beckstedde: ‘We hebben Stefanies bloed vijf keer gecontroleerd, terwijl we dat bij een normale zwangerschap twee à drie keer doen. Stefanie kreeg ook een extra gedetailleerde echo, waarbij we alle functionaliteiten van de baby testten. Verder verliep haar zwangerschap heel normaal.’
Risico’s
De risico’s van de zwangerschap hadden meer te maken met de medicatie die Stefanie als transplantpatiënte neemt, dan met haar lever zelf. ‘De medicatie, die het afweersysteem remt, kan bij een patiënt een hoge bloeddruk veroorzaken. Bij een zwangerschap kan een hoge bloeddruk leiden tot prematuriteit en dysmaturiteit. De baby kan dus te vroeg geboren worden, of een laag geboortegewicht hebben’, aldus prof. dr. Michielsen. ‘Door de zwangerschap kan de hoeveelheid medicatie in het bloed veranderen. We controleren regelmatig de bloedspiegel om na te gaan of de patiënt voldoende medicatie neemt en om eventueel de dosis aan te passen. De medicatie kan ook in de moedermelk overgaan; borstvoeding is dus niet aangewezen.’
‘De hele zwangerschap lang maakte ik me zorgen, maar de leverwaarden van de baby zijn perfect.’
Stefanie: ‘Ik wist dat er een risico was voor vroeggeboorte, maar uiteindelijk ben ik later bevallen dan de voorziene datum. Ik ben op een natuurlijke manier bevallen. Lieselotte was een flinke baby van 50 cm en 3,680 kg. En ze doet het erg goed. Dat ik geen borstvoeding mag geven, vind ik niet zo erg. Ik had nooit gedacht dat ik zo vlot mama zou worden. Voor mijn familie, die me de laatste dagen voor mijn transplantatie gezien heeft, was het heel speciaal om me het UZA te zien verlaten, deze keer met een baby in mijn armen. Lieselotte is een geschenk uit de hemel.’