Elliot (9) heeft een chronische ziekte en komt maandelijks naar het ziekenhuis voor een bloedafname. Tot hij opeens niet meer wil. Hij schopt en slaat om zich heen. Samen met zijn ouders keert hij zonder bloedafname terug naar huis. ‘Elk jaar melden behandelende teams in het UZA minstens vijftig kinderen zoals Elliot bij me aan’, vertelt verpleegkundig specialist Ann Roete.
Comfortabel en pijnloos
Ann plant met de aangemelde kinderen meestal een drietal raadplegingen in, in een periode zonder prikken. ‘Ik bouw eerst een vertrouwensband met hen op. Ik luister open: waar hebben ze precies schrik voor? Ik leer de jongeren ook wat de zorgprocedure allemaal inhoudt en wat er in hun hoofd gebeurt. Samen werken we een plan uit om zo comfortabel en pijnloos mogelijk, op hun eigen ritme, de draad weer op te pikken. Dat lukt bijna altijd. Soms niet, en dan wordt er een aangepast plan met rustgevende medicatie of sedatie opgesteld. Zo nodig gaan dringende procedures onder volledige verdoving door. Maar om nog meer het verschil te maken, willen we vooral sterker op preventie inzetten.’
‘Een kind dat zorgverleners leert vertrouwen, haalt daar een leven lang gezondheidsvoordeel uit’, benadrukt Nathalie Van Meerbeeck van het pijnteam voor kinderen. Samen met Ann stippelt zij het comfortbeleid voor kinderen uit bij de verschillende medische procedures in het UZA. ‘Ons team is twee jaar geleden opgericht. Er gebeurde in het ziekenhuis al veel om pijn te vermijden, maar nog te weinig structureel. Een van onze eerste doelstellingen is dat we elk kind dat geprikt moet worden, willen voorstellen om de huid vooraf lokaal te verdoven. Het vergt iets meer tijd voor je de prik kan zetten, maar nadien verdien je die inspanning dubbel en dik terug.’
‘Een kind dat zorgverleners leert vertrouwen, haalt daar een leven lang gezondheidsvoordeel uit’,
Zitten geeft controle
Om te voorkomen dat kinderen angsten voor medische procedures ontwikkelen, zet het pijnteam voor kinderen op vier pistes in. Ann: ‘Ten eerste maakt het een enorm verschil als je vooraf een verdovende zalf of pleister aanbrengt op de huid. Ouders kunnen dat zelf thuis al doen en na een uur is er een optimale verdoving van de huid. Je hebt wel een doktersvoorschrift nodig en dat maakt dat er best wat voorbereiding bij komt kijken om huidverdoving standaard aan te bieden aan elk kind dat in het UZA wordt geprikt. Alleen al de dienst kindergeneeskunde ziet zowat 400 patiënten per maand.’
Een tweede manier om het comfort van kinderen te verhogen, is dat je elke medische procedure in een zo comfortabel mogelijke lichaamshouding uitvoert. ‘De klassieke reflex is dat patiënten bij procedures zoals een bloedafname of het plaatsen van een maagsonde neerliggen op een onderzoekstafel. Toch blijkt een zittende behandeling vaak aangenamer: als patiënt ervaar je dan een groter gevoel van controle. Voor kleine baby’s werkt de borst-tegen-borsthouding kalmerend. Recent vervingen we daarom op de dienst kindergeneeskunde nog een klassieke ligtafel door een onderzoeksstoel die je in verschillende zittende houdingen kan gebruiken’, legt Nathalie uit.
CARO-campagne
Ann en Nathalie vertalen momenteel het pijnbeleid naar praktische afspraken voor elke dienst van het ziekenhuis. Hoe wordt een procedure gepland? Welke informatie en comforttips krijgen de ouders op voorhand? Wat als een kind zich tijdens de procedure niet meer comfortabel voelt? ‘We willen een leidraad opstellen voor elke dienst, van spoed over operatiekwartier tot de kinderafdeling. We lanceren binnenkort ook een CARO-campagne om collega’s te sensibiliseren. CARO staat voor Comfort, Afleiding, Relaxatie en Overleg met de patiënt. Al die elementen gaan we in de toekomst nog verder uitwerken om ouders en kinderen in het hele ziekenhuis zo goed mogelijk bij te staan.’
Woord en beeld
Een derde spoor om medische procedures aangenamer te laten verlopen, is door bewuster met taal om te gaan. Ann: ‘Zeg niet: Ik ga je een prik geven en je moet niet bang zijn. Dan focus je op de prik en prikkel je het brein om bang te worden. Wat je aandacht geeft groeit. Zeg wel: Ik ga bloed nemen. Wat je zal voelen is voor iedereen verschillend, maar je huid is verdoofd. Zeg me wat ik kan doen om je te helpen. En nadien: Vertel me even wat jij hebt gevoeld. Slimmer taalgebruik is een opdracht voor iedereen: arts, verpleegkundige, onthaalmedewerker, ouders. Binnenkort willen we trainingssessies comforttaal aan alle diensten van het ziekenhuis aanbieden.’
Een vierde strategie om de pijnbeleving te verbeteren is door kinderen bij de procedure af te leiden. ‘Sinds kort zetten we op de dienst kindergeneeskunde drie nieuwe VR-brillen in’, zegt Nathalie. ‘De VR-brillen zorgen voor afleiding en relaxatie, omdat ze kinderen al spelend ademhalingsoefeningen kunnen laten uitvoeren. Vaak maken we ook gebruik van een televisiescherm of een tablet met spelletjes. Ook hier kruipt energie en tijd in. Bij een VR-bril moet je enkele minuten wachten vooraleer een kind in het verhaal zit. Dat leek de eerste keren lang, maar nu loopt dat zo vlot dat de proceduretijd per patiënt zelfs niet uitloopt.’