Hartpatiënt Peter (54) over VKF-begeleiding in het UZA
Peter

Vier jaar geleden ontdekte ex-triatleet Peter dat hij aan de hartritmestoornis voorkamerfibrillatie (VKF) lijdt. 'Vooral dat ik daar niets van voel, vind ik beangstigend.' Twee apps en opvolging door het VKF-begeleidingsteam geven hem sinds februari een stuk controle terug.

Dat het team meekijkt, geeft een fijn gevoel

Veertien jaar geleden liet Peter uit Edegem tijdens een preventieactie in het UZA voor het eerst zijn hart controleren. 'Ik heb mijn hele leven gesport en ik had nooit hartklachten. Toch werden toen overtollige hartslagen of extrasystolen vastgesteld. Meestal is dat niet gevaarlijk en dus volstond het om me geregeld te laten opvolgen. Tijdens een fietsproef in 2020 bleek dat ik voorkamerfibrillatie (VKF) had ontwikkeld', zegt Peter. 'Dat kwam stevig binnen.' Als patiënt met VKF loop je meer risico op hartfalen en het krijgen van een beroerte. Sindsdien mag Peter wel nog bewegen maar niet meer aan duursport met een hoge intensiteit doen. 'Normale klussen thuis of op mijn werk vormen geen probleem. Als technicus in de haven doe ik makkelijk 100 trappen per dag, met werkmateriaal, en dat gaat.'

Duursport als risicofactor

Bij de eerste controle was Peter vier jaar gestopt met triatlon en ultralopen. 'Van mijn 24 tot mijn 36 jaar sportte ik zeer intensief. Achteraf hoorde ik dat je door langer dan 5 uur per week aan meer dan 80 procent van je maximale hartslag te sporten inderdaad het risico op hartklachten verhoogt. Geen idee of ik dat dikwijls deed. Zeker tijdens een wedstrijd ga je snel over je grens. Als het publiek 3 rijen dik staat bij een beklimming, let je niet meer op je hartslag. Nu, het heeft geen zin om bij het verleden te blijven stilstaan.'

VKF is de meest voorkomende hartritmestoornis bij volwassenen. Als je ouder dan 55 bent, heb je één kans op de drie om het te krijgen. Factoren zoals stress, een ongezonde levensstijl en sommige ziekten verhogen het risico. De meeste patiënten krijgen last van hartkloppingen, vermoeidheid, kortademigheid en pijn op de borst, maar sommigen – waaronder Peter – voelen er niets van. De therapie slaagt er meestal in om het aantal opstoten van de ritmestoornis duidelijk te verminderen en soms ook om het hartritme volledig te normaliseren. Bij Peter bestaat de behandeling voornamelijk uit bloedverdunnende medicatie en werken aan een gezonde levensstijl. Vorig jaar onderging hij ook een cardioversie, waarbij een onder verdoving toegediende elektroshock het hartritme probeert te normaliseren, maar die bleek niet succesvol.

Door langer dan 5 uur per week aan meer dan 80 procent van je maximale hartslag te sporten, verhoog je blijkbaar het risico op hartklachten.

Apps en begeleiding

In februari stelde het VKF-begeleidingsteam Peter voor om de medisch goedgekeurde app FibriCheck te gebruiken. 'Ik was meteen fan', zegt Peter. 'Met de app kan ik mijn hartritme controleren waar en wanneer ik maar wil. Je legt je vinger op de camera van je smartphone en 1 minuut later krijg je je resultaat en een advies. De app is eigenlijk ontwikkeld om de eerste diagnose te stellen en om een spontaan herstel of herval vast te stellen. Maar elke meting geeft je iets tastbaars in handen. Ik meet nu 3 keer per dag mijn hartritme en als ik me ongerust maak nog eens extra tussendoor. De app houdt alle meetresultaten bij en deelt die met het UZA. Het voelt fijn dat het VKF-begeleidingsteam kan meekijken als het nodig is.'

Momenteel komt Peter voor zijn hart 2 keer per jaar fysiek op controle in het UZA. Aan een consultatie bij de cardioloog is vaak ook een afspraak bij het VKF-begeleidingsteam gekoppeld. 'Het team raadde me dit voorjaar ook de UZA-app Cardio2U aan. In Cardio2U kan je hen vragen stellen en dan volgen ze dat op. Bijvoorbeeld als je achteraf nog iets invalt over wat de dokter vertelde. Ze sturen ook interessante berichten door over je aandoening. Het laatste was over de impact van alcohol of voeding. De app geeft ook meldingen op basis van je medicatieschema en als je je elke maand weegt, zie je automatisch aan je BMI-score of je gewicht in de juiste richting evolueert. Dat helpt je om zelf de regie over je aandoening te behouden.'

Lange reizen

Bij zijn laatste doktersbezoek hoorde Peter dat hij binnenkort mogelijk voor een ablatie in aanmerking komt. Daarbij schroeit of vriest de cardioloog een aantal cellen in de hartwand weg waardoor het hartritme weer normaliseert. 'Hoewel het succes niet gegarandeerd is, kijk ik er hard naar uit. Het is nog afwachten of het kan doorgaan: om een onduidelijke reden heb ik te weinig bloedplaatjes en dat wil de cardioloog eerst oplossen. Hoe dan ook, de apps geven mij toch al een stukje meer controle en houvast. Mijn vrouw en ik maakten sinds mijn diagnose geen verre reizen meer, maar we denken eraan om binnenkort eindelijk eens haar familie in de Filipijnen te bezoeken.'

De metingen met je smartphone-camera geven je iets tastbaars in handen.

3 x verpleegkundige Wilfried van het VKF-team

1. Laagdrempelig aanspreekpunt 
'Ons VKF-begeleidingsteam biedt patiënten een vlot bereikbare hulplijn. Ze kunnen bij ons terecht met hun vragen, bezorgdheden en angst in verband met hun hartritmestoornis. Wij informeren hen over hun aandoening, mogelijke oorzaken, symptomen en mogelijke behandelingen. In veel gevallen bieden we patiënten ook gewoon een luisterend oor.'

2. Meekijken en geruststellen 
'Uniek aan ons team is dat we de patiënt van nabij proberen op te volgen en over de schouder meekijken naar het hartritme. Patiënten kunnen snel advies inwinnen en dat neemt veel zorgen weg. We maken daarvoor vaak gebruik van mobiele applicaties zoals FibriCheck en de zelf ontwikkelde Cardio2U app. FibriCheck controleert en analyseert het hartritme om een eerste diagnose te stellen of een herstel dan wel herval te zien. Via Cardio2U kunnen we bloeddruk, gewicht, symptomen,… opvolgen, kan je medicatieherinneringen instellen en heeft de patiënt toegang tot educatie. We leren patiënten ook met welke alarmsignalen ze ons moeten contacteren. Daardoor voelen ze zich echt betrokken en gaan ze beter om met hun aandoening.'

3. Korte lijn met artsen 
'Wij brengen patiënten dichter bij hun behandelende artsen. Als patiënten ons contacteren, luisteren we eerst naar hun verhaal of vraag. We vragen gericht aanvullende informatie en proberen al advies te geven op basis van het medische dossier. Waar nodig bespreken we de casus met de behandelende artsen. Nadien lichten we het medisch advies toe bij de patiënt zoals een aanpassing van de medicatie of een in te plannen onderzoek. Elk advies noteren we ook in het medisch dossier zodat een continue opvolging verzekerd is.'

Gerelateerde specialismen

Aangemaakt op
Laatste update op