Een delirium wordt soms met beginnende dementie verward. 'Toch verschillen die duidelijk van elkaar', zegt prof. dr. Patrick Cras, diensthoofd neurologie. 'Dementie ontstaat geleidelijk en is blijvend. Een delirium komt plots op en is tijdelijk. Symptomen van een delirium zijn verwardheid, aandachts- en geheugenproblemen, onrustig gedrag en hallucinaties. Ook agressief gedrag komt voor.'
Op alle afdelingen
Allerlei factoren kunnen een delirium uitlokken, legt Paul Van Aken, directeur patiëntenzorg uit. 'Sommige patiënten krijgen er een na een zware operatie of ongeval, bij heel ernstige ziekte of doordat hun medicatie wordt stopgezet. Bij andere patiënten is de delirium een bijwerking van medicijnen die op de hersenen inwerken, zoals slaapmiddelen.'
Bepaalde zaken maken een persoon kwetsbaarder, zoals ouderdom, dementie of slechthorendheid of slechtziendheid. Cras: 'Het probleem doet zich het vaakst voor op intensieve zorg. Dat komt doordat patiënten daar ernstig ziek zijn, vaak slecht slapen en zware medicatie krijgen. Maar alle afdelingen kunnen ermee te maken krijgen.'
En de behandeling? Cras: 'Als er een onderliggende kwaal is, zoals een blaasinfectie, behandel je die eerst. Daarnaast bestaan er medicijnen om het delirium te bestrijden.' Belangrijk is ook om de patiënt meer structuur en herkenningspunten te geven, door bijvoorbeeld een klok of een familiefoto in de kamer te zetten. Het helpt ook als de familie in de buurt blijft.
Niet onschadelijk
Hoewel een delirium meestal na enkele uren of dagen weer overgaat, is het zeker niet onschadelijk. Sommige patiënten brengen zichzelf in gevaar door bijvoorbeeld een infuus los te trekken. Bovendien is een delirium een beangstigende ervaring, ook voor de familie. Verpleegkundigen worden dan ook opgeleid om een delirium snel te herkennen, onder meer aan de hand van een beoordelingsschaal. Het UZA hanteert ook strikte richtlijnen voor de behandeling. Soms is ook preventie mogelijk, bijvoorbeeld door ervoor te zorgen dat de patiënt zijn bril of hoorapparaat draagt.
Ook begeleiding van de familie én de patiënt is belangrijk. Van Aken: 'We leggen uit wat een delirium is en hoe je het best met de patiënt omgaat. De patiënt zelf herinnert zich nadien meestal niets, maar is soms beschaamd als hij hoort wat hij allemaal heeft gedaan. Ook daar moet je als verpleegkundige op ingaan.'