Karen De Smedt is al sinds 2000 actief voor Artsen Zonder Grenzen (AZG). Toen ze mama werd, zette ze die activiteit op een lager pitje. Maar eind 2021 begon het opnieuw te kriebelen. ‘Mijn kinderen werden stilaan wat groter, en van de directie mocht ik drie maanden verlof zonder wedde opnemen. Toen begon de oorlog in Oekraïne. Op 4 maart 2022 vertrok ik naar daar om te bekijken hoe we met AZG het best konden helpen.’
Hecht team
Ter plaatse groeide het idee om een trein tot rijdende intensievezorg-afdeling om te bouwen. De ziekenhuizen aan de oostelijke frontlinie werden overspoeld met patiënten, waarvan we een deel naar andere ziekenhuizen moesten evacueren. Dat kon relatief veilig via het spoor, aangezien dat tot dusver van bombardementen gespaard bleef. Karen: ‘In afwachting van die trein besloten we om alvast een andere trein als ziekenboeg in te richten. Daarmee konden we stabielere patiënten op een medisch verantwoorde manier vervoeren.’
Karen kreeg carte blanche om de trein operationeel te maken. In dik twee weken tijd stelde ze een medische ploeg samen en rustte ze de trein met materiaal uit. Haar team bestond behalve zijzelf, de projectverantwoordelijke en een spoedarts uit negen Oekraïners: drie artsen, twee verpleegkundigen, een poets- en kookhulp en drie studenten geneeskunde. ‘Hun enthousiasme was enorm groot’, vertelt Karen. ‘De poetsdame was kinderpsychologe van beroep, maar ze wilde zo graag iets bijdragen. We waren meteen een hecht team. Het trof mij hoe veerkrachtig de Oekraïners waren.’
Het trof mij hoe veerkrachtig de Oekraïners waren.
Luchtalarmen
De trein reed voor het eerst uit op 1 april. Karen bleef nog twee weken om de eerste vijf transporten te begeleiden. De reis naar de ziekenhuizen in het westelijke Lviv duurde telkens 24 uur. Er was plaats voor 32 patiënten, al vervoerde de trein soms veel meer patiënten. Naast verzorgingstaken nam Karen de coördinatie en de dagelijkse leiding op zich. ‘De nachten deed ik meestal zelf, zodat de anderen konden rusten. Voor mij zat het er toch bijna op’, zegt ze.
In die twee weken zag ze zware oorlogsellende: mensen met gapende wonden, een patiënt die een oog kwijt was, een man van wie het halve lichaam door splinterbommen was toegetakeld … Ook luchtalarmen waren schering en inslag. Twee keer sloeg er een bom in op een perron vlak nadat hun trein er vertrok. Karen: ‘Gelukkig had ik op vorige missies al veel meegemaakt, zodat ik vrij kalm bleef. Maar ik ben ook maar een mens. Soms zei ik tegen mezelf De Smedt, wat zit jij hier te doen, met twee jonge kinderen thuis. En toen voor mijn ogen een familie werd herenigd die een maand lang in verschillende ziekenhuizen verbleef, hield ook ik het niet droog.’
Adviserend orgaan
Half april keerde Karen terug. De medische trein rijdt nog steeds. Intussen engageerde ze zich als lid van de MSF Belgium Board, een adviserend orgaan van AZG. Ze blikt met veel voldoening terug op haar tijd in Oekraïne. ‘Zelden heb ik aan zo’n zinvolle missie meegewerkt. Met mijn ervaring van intensieve zorg en mijn vorige missies zat ik helemaal op mijn plaats. Ik heb echt iets kunnen betekenen.’
Steun Artsen Zonder Grenzen
98% van de middelen van AZG komt van privéschenkers. Elke gift is dus welkom. Voor meer info kan je contact opnemen met Jan Van Steenbrugge, jan.van.steenbrugge@brussels.msf.org of T 0474 95 25 41.
Doneren kan via
BE73 0000 0000 6060.
Niet-medische ambassadeur
Ook Martijn Lamberti-Henquet, directeur Administratie & Financiën (CFO), zet zich naast zijn job in als vrijwilliger. Sinds enkele jaren is hij binnen het UZA aanspreekpunt en ambassadeur voor Mercy Ships, een organisatie die medisch uitgeruste schepen inzet om kosteloos operaties aan te bieden in arme Afrikaanse regio’s. ‘Omdat ik veel contacten heb binnen de gezondheidszorg, het bedrijfsleven en gouvernementele organisaties, kreeg ik in 2020 de vraag om die functie op te nemen’, vertelt hij.
Hij gelooft sterk in het werk van Mercy Ships. ‘Zo’n operatie betekent vaak de start van een nieuw leven. Denk aan kindjes die geboren zijn met een open verhemelte of mensen met een verminkende kanker. Binnen traditionele Afrikaanse culturen leidt zo’n aandoening vaak tot uitstoting. Na de ingreep kunnen die mensen opnieuw aan de maatschappij deelnemen.’
Varend ziekenhuis
Momenteel liggen de schepen van Mercy Ships in Sierra Leone en Zuid-Afrika voor anker. Martijn Lamberti-Henquet kon in Tenerife, tijdens een onderhoudsperiode, een van de schepen bezichtigen en was behoorlijk onder de indruk. ‘Een Mercy Ship is een ziekenhuis op zich. En meer: ook naast het medische is alles tot in de puntjes geregeld, tot en met details zoals ontspanning voor de jonge patiëntjes.’
Als Mercy Ships-ambassadeur hoopt hij binnen het UZA een pool van inzetbare medewerkers aan te leggen. Een taak die hij met veel plezier op zich neemt. ‘Zelf heb ik veel mogen ontvangen van het leven: ik kon studeren en prijs me gelukkig met een geweldige job. Het voelt echt fijn om iets voor de maatschappij terug te doen. Bij deze een warme oproep aan iedereen: als je kan, draag een steentje bij en help om kansarme patiënten een nieuw leven te geven.’
Ook op missie met Mercy Ships?
Mercy Ships zoekt niet alleen artsen en verpleegkundigen. Ook niet-medisch geschoolde mensen – biotechnici, paramedici,technici, schoonmakers, receptionisten, keukenpersoneel … – die minstens een maand beschikbaar zijn, kunnen een helpende hand bieden. Zin om deel te nemen aan een missie? Martijn Lamberti-Henquet geeft je graag meer uitleg.
T 03 821 50 18 of
martijn.lamberti-henquet@uza.be.