radionuclidentherapie

Het UZA heeft twee innovatieve kamers geopend waar therapie met radionucliden mogelijk is. De eerste patiënt wordt er intussen behandeld met Peptide Receptor Radionuclide Therapie (PRRT), een medicijn met radioactieve straling dat neuro-endocriene tumoren gericht aanvalt. Het multidisciplinaire team wilt de kamers op termijn ook gebruiken voor andere radionuclide behandelingen.

Als Europees Referentiecentrum voor zeldzame kankers bij volwassenen behandelt het UZA nu ook patiënten met Lu177 dotatate, een vorm van Peptide Receptor Radionuclide Therapie (PRRT). Dit kan dankzij twee nieuw ingerichte kamers die radioactieve straling tegenhouden. Tijdens een PRRT-behandeling krijgen patiënten een geneesmiddel ingespoten in het bloed dat een radioactief eiwit bevat. Dat eiwit komt via het bloed tot bij de tumor en bestraalt de tumor lokaal. "We starten met patiënten met neuro-endocriene tumoren waarbij de tumorhaarden blijven groeien onder de klassieke therapie. Deze zeldzame tumoren ontstaan in cellen op diverse plaatsen in het lichaam zoals in de maag, darmen en de pancreas. Op termijn is uitbreiding naar andere tumortypes mogelijk zoals prostaatkanker", legt dr. Timon Vandamme, oncoloog uit.
 
Patiënten die in aanmerking komen voor de therapie krijgen vier keer een inspuiting met telkens een tussenperiode van twee maanden. "Met de PRRT-therapie kunnen we de ziekte bij 80% van de patiënten weer onder controle krijgen en stijgt de levenskwaliteit. Ook geeft de therapie weinig bijwerkingen en vermindert het de kans op uitzaaiing aanzienlijk", aldus prof. dr. Sigrid Stroobants, nucleair geneeskundige.

Kamers met loodmuren en speciale toiletten 

Omdat de behandeling met radioactiviteit werkt, moeten de patiënten 24u na de behandeling in isolatie blijven. Daarvoor moest het UZA speciale kamers inrichten met muren van lood en een speciaal toilet.

"Het radioactief medicijn wordt via de nieren afgebroken. Daarom is de urine de eerste 24 uur zeer radioactief. Dankzij de speciaal geïnstalleerde toiletten wordt er geen radioactiviteit geloosd in de riolering en is er geen enkel risico voor het milieu. De innovatie zit in het gebruik van speciale compacte filters die de radioactiviteit opnemen en scheiden van de vloeistof”, legt Dominique Janssens van de technische dienst uit.

“Het grote voordeel is dat er slechts een klein volume aan radioactieve opslag nodig is, in vergelijking tot het lozen van de volledige spoelbeurten in tanks, wat tot nu algemeen werd toegepast. Voor de gebruiker ziet het toilet er even vertrouwd uit als een 'normaal' toilet.” 

Het UZA beschikt momenteel over 2 kamers voor radionuclide behandelingen. Patiënten hebben hier alle comfort die ze ook in een normale kamer hebben: qua inrichting is er amper verschil. De verpleegkundigen die de patiënten verzorgen, dragen aangepaste bescherming en volgen specifieke veiligheidsprocedures.

toilet kamer radionuclidentherapie

Gerelateerde specialismen

Aangemaakt op
Laatste update op