Lopen is in. Almaar meer mensen gaan op eigen houtje aan de slag met een trainingsschema, al dan niet met het oog op een marathon of groot sportevenement. Rudi Frankinouille en Johan Roeykens, inspanningsfysiologen bij S.P.O.R.T.S., wijzen op het belang van een goede voorbereiding. Frankinouille: ‘Beginnende lopers die zonder enige begeleiding een trainingsschema volgen, lopen 50 tot 70 % kans op blessures. Een bezoek aan de sportarts kan dat soort teleurstellingen voorkomen.’
S.P.O.R.T.S. begeleidt sporters die naar een groot loopevenement toewerken. Wat houdt dat in?
Frankinouille: ‘Na een uitgebreide sportmedische keuring nemen we een looptest af. Daarbij start de sporter aan een loopsnelheid van 8 of 9 kilometer per uur, die vervolgens systematisch wordt opgedreven. Tijdens de test meten we de loopconditie aan de hand van de hartslag en wordt het hart continu gemonitord met een elektrocardiogram (EKG). Daarnaast meten we het melkzuurgehalte in het bloed, door elke drie minuten een paar druppels bloed af te nemen: zo bepalen we de ideale trainingsintensiteit en evalueren we de conditie. Topsporters of mensen met echt grote sportambities krijgen ook een maskertje op om het zuurstofverbruik bij maximale inspanning te meten. Daaruit kunnen we afleiden hoe groot iemands sportief potentieel is. Ten slotte wordt de sporter ook gefilmd, om eventuele problemen met de looptechniek eruit te halen. Tests en bespreking worden op een halve dag afgerond.’
Wat komen de sporters na die tests allemaal te weten?
Frankinouille: ‘Na afloop kunnen we zeggen hoe goed ze scoren qua conditie en wat ze aankunnen. We kunnen zelfs vrij nauwkeurig voorspellen op welke tijd ze een loopwedstrijd kunnen uitlopen. Ook geven we gericht trainingsadvies. De sporters krijgen alle resultaten mee naar huis. Soms spreken we af dat ze na een half jaar terugkomen voor een tweede looptest, om hun vooruitgang te meten.’
Hoeveel tijd is er nodig om je voor een grote loopwedstrijd klaar te stomen?
Frankinouille: ‘Wie niet getraind is, rekent maar beter vier maanden om de Antwerp 10 Miles te kunnen uitlopen. Alles hangt af van je ambities: wil je een goede tijd neerzetten, dan is negen maanden realistischer. Ook voor een volledige marathon ben je al gauw negen maanden tot een jaar aan het trainen.’