Vooral jonge leeftijd en de aard van de aandoening kunnen een belletje doen rinkelen. Als we dan polsen bij de familie, levert dat vaak nuttige informatie op over de familiale voorgeschiedenis. Ook de cardioloog kan meestal goed inschatten of er mogelijk sprake is van erfelijkheid.’
‘Als we een genetisch probleem vermoeden, is het belangrijk om alert te reageren. Bij een overlijden worden in samenspraak met de familie bloedstalen of stukjes hartweefsel afgenomen. Ook een autopsie is dan vaak nuttig. Aan de familie stellen we voor om na een aantal weken een afspraak te maken met de cardiogeneticus. We leggen uit dat ze zo meer te weten kunnen komen over de oorzaak en eventuele preventie. Ook de huisarts wordt via de ontslagbrief op de hoogte gebracht. Mensen zijn vaak overdonderd, maar slaan ons advies zelden in de wind.’
Meer info: dienst cardiogenetica UZA, T 03 821 35 38 of 03 821 33 04