Veel borstkankerpatiënten ondergaan chemotherapie, gevolgd door een behandeling met Herceptine. Een op de vier houdt daar hartschade aan over. Hoe hoger de dosis, hoe hoger het risico. 'We spreken dan over een verminderde pompfunctie. Al mogen we het effect niet dramatiseren: vaak gaat het om milde schade die geen klachten geeft op korte termijn', zegt UZA-cardioloog dr. Constantijn Franssen.
'Het is zoeken naar een goed evenwicht'
Jarenlang stond het probleem nauwelijks op de agenda, nu wel. Dat is geen toeval, vervolgt Franssen. 'Doordat meer en meer mensen van kanker genezen of lange tijd overleven, zien we almaar meer kankerpatiënten met hartaandoeningen op latere leeftijd. Daarom zijn we in het UZA met een onco-cardiologische raadpleging begonnen. De UZA-oncologen verwijzen alle borstkankerpatiënten naar ons door. Ook patiënten met lymfeklierkanker zien we regelmatig, aangezien zij vaak hetzelfde type chemotherapie krijgen als bij borstkanker. In de toekomst gaan we onze raadpleging wellicht nog uitbreiden naar andere patiënten.'
Stoppen met roken
Borstkankerpatiënten belanden al kort na hun diagnose bij dr. Franssen. Die onderzoekt de toestand van hun hart met een cardiologisch echogram en een EKG. 'Zo hebben we een vergelijkingspunt voor na de behandeling. Als er al beginnende problemen zijn, behandelen we die meteen, meestal met medicatie. Ook stoppen met roken hoort erbij.' Voor de patiënten is het niet vanzelfsprekend om zo kort na hun slechte diagnose die bijkomende onderzoeken te moeten ondergaan. 'Maar door die aanpak verminderen we wel heel sterk hun risico op ernstige hartproblemen op lange termijn', zegt Franssen.
De patiënten komen nog een keer terug op het einde van de chemotherapie, en vervolgens nog eens zes maanden of een jaar na de behandeling. Als er sprake is van hartschade, volgt de cardioloog ze gedurende een langere periode op. Franssen: 'Krijgen die patiënten later opnieuw chemotherapie, dan vragen we soms aan de oncoloog om de dosis aan te passen of een andere therapie te overwegen. We zoeken naar een goed evenwicht, waarbij we het hart beschermen zonder dat de kankerbehandeling aan effect inboet.' Hoe vroeger de hartkwaal aan het licht komt, hoe succesvoller de behandeling. 'Soms kunnen we de opgelopen schade zelfs helemaal herstellen', aldus nog Franssen.