Zijn zicht is wat minder, maar voor de rest houdt Jan niets over aan zijn hersenaneurysma, een uitstulping in een bloedvat van de hersenen. Hij kroop door het oog van de naald, weet hij nu. 'Na een week hard werken zag ik opeens dubbel. De vermoeidheid, dacht ik. Maar later bleek ook mijn linkerpupil vergroot en was mijn ooglid wat gaan hangen. Uiteindelijk zijn er drie weken overgegaan voor ik in het plaatselijke ziekenhuis onder de MRI lag. De diagnose: hersenaneurysma en een kleine hersenbloeding. Ik werd meteen naar het UZA gevoerd voor een angiografie. Dat is een onderzoek waarbij via een dun slangetje in de hals foto's van de bloedvaten van het hoofd worden gemaakt. Ik moest heel snel worden geopereerd, bleek daaruit. Dat was niet zonder risico: ik liep kans op spraakverlies, geheugenproblemen en verlammingsverschijnselen. De volgende ochtend voerde interventieradioloog prof. dr. Maurits Voormolen de ingreep uit.
Toen ik wakker werd op intensieve zorg kon ik eerst alleen maar "ja" uitbrengen. Mijn arts vreesde voor spraakverlies en wilde mij meteen onder de MRI. Ze gingen net mijn bed wegrijden toen ik zei 'zeg jongens, ik heb net een operatie ondergaan, laat mij eens rustig liggen.' Waarna ze die MRI hebben afgezegd (lacht).
Broodnodige knuffel
Drie dagen lag ik op intensieve zorg. Ik sliep amper, uit ongerustheid en door de onvermijdelijke geluiden. Daardoor maakte ik heel bewust mee hoe het team rondom mij functioneerde, professioneel maar tegelijk warm en menselijk. De verpleegkundige die mij het ene moment nog geruststelde met een praatje, stond een minuut later volledig geconcentreerd kritische zorg toe te dienen aan een andere patiënt. Knap vond ik dat. Heel mooi om te zien ook hoe ieder zijn eigen temperament meenam op de werkvloer: na een overlijden gaf de ene verpleegkundige de nabestaanden een knuffel, de andere zei het met een warme handdruk. Maar beiden gaven die mensen de steun die ze nodig hadden.
Na mijn operatie heb ik twee maanden moeten herstellen, ook mentaal. Een van de artsen bevestigde nadien dat het echt kantje boord is geweest. Als ik daaraan denk, heb ik het nog altijd moeilijk.'