Evodiane Nzeyimana en haar man Omar Mussa verzeilden in België nadat Omar een voetbalcontract bij Germinal Beerschot had gekregen. Intussen zijn ze hier twaalf jaar en hebben ze drie kinderen. Mama Evodiane: ‘Afgelopen zomer op vakantie in Burundi zagen we dat Muda’s linkerzij erg gezwollen was. In het plaatselijke ziekenhuis raakten we niet wijzer en dus vlogen we zo snel als kon weer naar België. In het UZA bleek uit de scan dat Muda een gezwel had op haar linkernier. Ik dacht meteen: ik raak mijn meisje kwijt aan kanker. Ik kon niet stoppen met huilen. Kinderarts dr. Maes sprak me echter moed in en drukte me op het hart de verdere onderzoeken af te wachten.
De tumor bleek gelukkig beperkt tot de nier. Daardoor had Muda negentig procent kans om helemaal te herstellen. Er volgden vier chemosessies, waarvan ze gelukkig nauwelijks nevenwerkingen had. En op 25 oktober werd de tumor met succes verwijderd door dr. Chapelle. Daarna lag Muda drie dagen op intensieve zorg. Toen ze weer naar een gewone kamer mocht, wilde ze zelf stappen, hoewel dat nog niet mocht. Iedereen vond haar zo moedig.’
‘Bang dat ik niet zou genezen’
Muda: ‘Ik was heel bang in het ziekenhuis, bang dat ik niet meer zou genezen. En ik miste school ook erg. Gelukkig mocht ik daar ook naar een klasje. Ik heb er heel veel geknutseld. En een paar keer zijn er ziekenhuisclowns op bezoek geweest.’
Evodiane: ‘Het was heel zwaar, maar in het ziekenhuis kregen we veel steun. De artsen en verpleegkundigen spraken allemaal Frans tegen mij (Evodiane verstaat, maar spreekt geen Nederlands). Zelfs degenen die amper Frans spraken, probeerden het toch. En ik mocht niets zelf doen. Als ik ons meisje uit bed wilde tillen om naar het toilet te gaan, zeiden de verpleegkundigen dat is ons werk.
In het UZA heb ik een andere Afrikaanse moeder ontmoet. Bij haar kindje hadden ze wegens een vreselijke infectie beide voetjes en handjes moeten amputeren. Uitgerekend die dame zei me: je mag nooit de hoop opgeven. Als je in God gelooft, is alles mogelijk. Muda zong in het ziekenhuis vaak een liedje waarin ze God vroeg om haar te redden. En kijk, mijn meisje is genezen.’